val samen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  val samen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvɑl ˈsamə(n)/
Woordafbreking
  • val sa·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
samenvallen

val (…) samen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenvallen
    • Ik val samen. 
  2. gebiedende wijs van samenvallen
    • Val samen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenvallen
    • Val je samen? 

Gangbaarheid

  • Het woord val samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.