uitvaart

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·vaart
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘begrafenis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1276 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord uitvaart uitvaarten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

uitvaart v/m

  1. teraardebestelling of crematie van een overledene
    • De uitvaart vond plaats op een stralende dag. 
Synoniemen
  • lijkbezorging
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
uitvaren

uitvaart

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvaren
    • ... dat jij uitvaart. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvaren
    • ... dat hij uitvaart. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitvaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.