uithuwelijken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·hu·we·lij·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uithuwelijken
huwelijkte uit
uitgehuwelijkt
zwak -t volledig

Werkwoord

uithuwelijken

  1. overgankelijk een huwelijk arrangeren voor een meisje
    • Ze werd uitgehuwelijkt aan de voormalige vijand om de vrede te bezegelen. 

Gangbaarheid

  • Het woord uithuwelijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.