uitboren
Nederlands
Woordafbreking
- uit·bo·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uit bw en boren ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitboren |
boorde uit |
uitgeboord |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
uitboren
- overgankelijk met een boor een gat aanbrengen of ruimer maken
- Nadat de bron met een nauwe buis was uitgeboord om meer bronwater te verkrijgen, ontstond er een geiser.
Gangbaarheid
- Het woord uitboren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'uitboren' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.