traumatoloog

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • trau·ma·to·loog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord traumatoloog traumatologen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

traumatoloog m [1]

  1. (medisch) arts gespecialiseerd in de (chirurgische) behandeling van verwondingen die door ongevallen of geweld zijn veroorzaakt
    • ,,Het is goed dat burgers een plan en kennis hebben van hoe ze elkaar kunnen helpen in een noodsituatie", aldus de ontwikkelaars van de app, brigadier Tim Hodgetts en professor Sir Keith Porter. Die laatste is klinisch traumatoloog in het Queen Elizabeth Hospital in Birmingham (Engeland).[2] 
    • Traumatoloog Ralph de Wit van het MST was op alles voorbereid, maar uiteindelijk bleken de adoptiekinderen uit Haïti in redelijke gezondheid.[3] 
Synoniemen
  • ongevallenarts
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord traumatoloog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.