toezichter
Nederlands
Woordafbreking
- toe·zich·ter
Zelfstandig naamwoord
toezichter m [1]
- iemand controleert of alles goed en ordelijk verloopt; iemand die controleert of iedereen zich aan de regels houdt; iemand die het toezicht houdt
- Consumentenorganisaties in de Verenigde Staten beschuldigen Tesla ervan automobilisten te misleiden met uitspraken over de veiligheid en mogelijkheden van zijn Autopilot-technologie. De maker van elektrische auto’s zou daarom eens goed onder de loep genomen moeten worden door toezichter Federal Trade Commission (FTC), zeggen Center for Auto Safety en Consumer Watchdog. [2]
- De Antwerpse Zoo verwacht geen grote impact. 'We hebben de voorbije jaren al fors geïnvesteerd in dierenwelzijn', zegt de woordvoerder. 'Daar waar het publiek in contact komt met de dieren, is permanent een toezichter aanwezig. En de kinderboerderij in Planckendael werd vorig jaar al gesloten na enkele problemen.' [3]
Gangbaarheid
- Het woord toezichter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'toezichter' herkend door:
71 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Reformatorisch Dagblad 23-05-2018 „Tesla misleidt mensen met zijn Autopilot”
- De Standaard 23/04/2018 door edm, poj Antwerpse Zoo: 'Al fors geïnvesteerd in dierenwelzijn'
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.