terugzien
Nederlands
Woordafbreking
- te·rug·zien
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van terug bw en zien ww
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| terugzien |
zag terug |
teruggezien |
| klasse 5
onregelmatig |
volledig | |
Werkwoord
terugzien
- overgankelijk na geruime tijd opnieuw zien
- Hij had hem na jaren toch weer eens teruggezien.
- Ze wisten, dat ze hen nooit meer zouden terugzien. [1]
Gangbaarheid
- Het woord terugzien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'terugzien' herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.