tahoe
Nederlands
Woordafbreking
- ta·hoe
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Indonesisch, in de betekenis van ‘sojakoek’ voor het eerst aangetroffen in 1984 [1]
- van Indonesisch tahu [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tahoe | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
tahoe m
- De veranderingen in de ouderenzorg bedreigen ook gespecialiseerde tehuizen als het vegetarische Felixoord in Oosterbeek, met boekweit, tahoe en wortelsoep op het menu. „In andere tehuizen kun je vaak niet meer krijgen dan een omelet of een plak kaas.” [3]
Verwante begrippen
- tempé
Gangbaarheid
- Het woord tahoe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'tahoe' herkend door:
78 % | van de Nederlanders; |
33 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.