stolpen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stol·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van stolp met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
stolpen
stolpte
gestolpt
zwak -t volledig

Werkwoord

stolpen [1] [2]

  1. met een stolp bedekken

Zelfstandig naamwoord

stolpen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord stolp

Gangbaarheid

  • Het woord stolpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
87 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈstɔlpən /
Woordafbreking
  • stol·pen
Naar frequentie 30329

Zelfstandig naamwoord

stolpen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stolpe


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈstɔlpən /
Woordafbreking
  • stol·pen

Zelfstandig naamwoord

stolpen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stolpe
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.