sto

Latijn

Werkwoord
vervoeging van
stāre

stō

  1. actief indicatief praesens, eerste persoon enkelvoud van stāre


Noors
Woordafbreking
  • sto
Naar frequentie 839

Werkwoord

sto

  1. verleden tijd van stå
Schrijfwijzen


Nynorsk

Werkwoord

sto

  1. verouderde spelling of vorm van stod van vóór 2012
(verouderd) verleden tijd van stå


Pools
Telwoord (pol)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400 1012
5 15 50 500 1015
6 16 60 600 1018
7 17 70 700 1021
8 18 80 800 1024
9 19 90 900 1027

Hoofdtelwoord

sto

  1. honderd
  1. «sto lat»
    honderd jaar (verjaardagswens)




Slowaaks
Telwoord (slk)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400 1012
5 15 50 500 1015
6 16 60 600 1018
7 17 70 700 1021
8 18 80 800 1024
9 19 90 900 1027

Hoofdtelwoord

sto

  1. honderd




Tsjechisch
Telwoord (ces)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400 1012
5 15 50 500 1015
6 16 60 600 1018
7 17 70 700
8 18 80 800
9 19 90 900
Uitspraak
  • Geluid:  sto    (hulp, bestand)

Hoofdtelwoord

sto o

  1. honderd
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.