stevenen
Nederlands
Woordafbreking
- ste·ve·nen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stevenen |
stevende |
gestevend |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
stevenen
- ergatief koers zetten, varen
- Eene eeuw later bezochten ook Nederlandsche zeereizigers deze gevaarlijke en toen nog weinig bekende wateren, alsmede de westkust van Amerika, en stevenden door de stille Zuidzee of den grooten Oceaan naar Oost-Indië.[2]
Gangbaarheid
- Het woord stevenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stevenen' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- stevenen op website: Etymologiebank.nl
- blz 654, Beknopte beschrijving van de Nederlandsche overzeesche bezittingen ..., Volume 2, Marten Douwes Teenstra. 1852
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.