steg

Nederlands
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • steg
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘smalle weg’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord steg -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

steg [3]

  1. (verouderd) smalle weg, voetpad, slootplank [4]
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Heg noch steg weten
ergens de omgeving totaal niet kennen

Gangbaarheid
  • Het woord 'steg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen
  1. "steg" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. steg op website: Etymologiebank.nl
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  4. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).


Noors
Woordafbreking
  • steg
Naar frequentie 3107

Werkwoord

steg

  1. voltooid deelwoord van stige
Synoniemen
  • steig
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.