sprak uit
Nederlands
Woordafbreking
- sprak uit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitspreken |
sprak uit
- enkelvoud verleden tijd van uitspreken
- Ik sprak uit.
- Jij sprak uit.
- Hij, zij, het sprak uit.
- Ik sprak uit.
Gangbaarheid
- Het woord sprak uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.