spijkerde vast

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spij·ker·de vast
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
vastspijkeren

spijkerde vast

  1. enkelvoud verleden tijd van vastspijkeren
    • Ik spijkerde vast. 
    • Jij spijkerde vast. 
    • Hij, zij, het spijkerde vast. 

Gangbaarheid

  • Het woord spijkerde vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.