sociologisch
Nederlands
Woordafbreking
- so·cio·lo·gisch
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van sociologie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | sociologisch | sociologischer | |
verbogen | sociologische | sociologischere | |
partitief | sociologisch | sociologischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
sociologisch [1]
- betrekking hebbend op of product zijn van de sociologie
- Via sociologisch onderzoek heeft men kunnen vaststellen welke factoren bepalen of mensen sporten.
Gangbaarheid
- Het woord sociologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'sociologisch' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.