snoeihard

Nederlands

snoeihard gesnoeid
Uitspraak
Woordafbreking
  • snoei·hard
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen snoeihard
verbogen snoeiharde
partitief snoeihards

Bijvoeglijk naamwoord

snoeihard [3]

  1. (informeel), (intensief) heel erg hard vooral (maar niet alleen) van geluid en beweging
    • Zonder deel aan de conversatie te nemen leunde hij tegen het lage, zwartgelakte gewelf van het café. De muziek stond snoeihard, het was moeilijk iemand te verstaan. [4] 
    • De anderhalf jaar dat ik met haar was omgegaan voelde als een imposante slalom over een lang veld, waarbij ik vlak voor open doel de bal snoeihard naast had geschoten. Moest ik mijn verlies maar incasseren? [5] 
    • Het is niet de eerste keer dat Cancellara te maken krijgt met beschuldigingen van mechanische doping. Alles begon enkele maanden na zijn overwinningen in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix van 2010. Hij stoof toen snoeihard weg van Tom Boonen op de Muur van Geraardsbergen, nadat hij van fiets had gewisseld zonder dat er technische problemen waren, en reed op de kasseien van Roubaix op indrukwekkende wijze iedereen uit het wiel. [6] 

Gangbaarheid

  • Het woord snoeihard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.