smout

smout

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • smout
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vet’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1140 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord smout -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

smout m

  1. afgesmolten buikvet van het varken, gebruikt als broodbeleg, om te braden of als smeermiddel
    • smout was de boter voor arme mensen 
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord smout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
29 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.