slibben

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • slibĀ·ben
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
slibben
slibde
geslibd
zwak -d volledig

Werkwoord

slibben [1]

  1. onovergankelijk slib afzetten
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • slibachtig, slibber, slibberig, slibgieten, slibvanger, slibzuiger

Zelfstandig naamwoord

slibben mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord slib

Gangbaarheid

  • Het woord slibben staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.