slapie
Nederlands
Zelfstandig naamwoord
slapie o dim. tant.
- iemand waarmee men een slaapvertrek deelt, een kameraad
Vertalingen
1. iemand waarmee men een slaapvertrek deelt, een kameraad
Gangbaarheid
- Het woord slapie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'slapie' herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
19 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.