rijgt aaneen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rijgt aan·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aaneenrijgen

rijgt (…) aaneen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenrijgen
    • Jij rijgt aaneen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenrijgen
    • Hij rijgt aaneen. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van aaneenrijgen
    • Rijgt aaneen! 

Gangbaarheid

  • Het woord rijgt aaneen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.