rekende uit
Nederlands
Woordafbreking
- re·ken·de uit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitrekenen |
rekende uit
- enkelvoud verleden tijd van uitrekenen
- Ik rekende uit.
- Jij rekende uit.
- Hij, zij, het rekende uit.
- Ik rekende uit.
Gangbaarheid
- Het woord rekende uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.