pronk
Nederlands
Afgeleide begrippen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
pronken |
pronk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pronken
- Ik pronk.
- gebiedende wijs van pronken
- Pronk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pronken
- Pronk je?
Gangbaarheid
- Het woord pronk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pronk' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.