prinselijk

Nederlands

het prinselijk paleis in Monaco
Uitspraak
Woordafbreking
  • prin·se·lijk
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van prins met het invoegsel -e- met het achtervoegsel -lijk
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen prinselijkprinselijkerprinselijkst
verbogen prinselijkeprinselijkereprinselijkste
partitief prinselijksprinselijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

prinselijk [1]

  1. als horend of passend bij een prins of prinses, bestaand uit prinsen of prinsessen
    • De Stichting Prins Laurent heeft zaterdag twintig kaarsjes uitgeblazen in Terhulpen. Prinses Claire en de kinderen van het prinselijk koppel waren aanwezig, maar de prins kon er om gezondheidsredenen niet bij zijn. [2] 
    • Pas in 2013 besluit het dan nog prinselijke paar om nogmaals een interview te geven voor de televisie. Deze keer zijn het Rick Nieman en Marielle Tweebeeke die samen het gesprek mogen leiden. Hier is een wat lossere bijna-koning te zien dan die van bijna 9 jaar geleden. [3] 
  1. zeer luxe in het algemeen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord prinselijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Standaard 16/september/2017
  3. Tubantia Renske Baars 26-04-2017
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.