pezig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • peĀ·zig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van pees met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen pezigpezigerpezigst
verbogen pezigepezigerepezigste
partitief pezigspezigers-

Bijvoeglijk naamwoord

pezig

  1. mager en sterk
    • De marathonloper was een pezige atleet. 

Gangbaarheid

  • Het woord pezig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.