partikel
Nederlands
Woordafbreking
- par·ti·kel
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘deeltje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1339 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | partikel | partikels |
verkleinwoord | partikeltje | partikeltjes |
Zelfstandig naamwoord
partikel o
- klein deeltje
- (grammatica) een klein onverbogen woord waarmee een bepaalde grammaticale categorie wordt aangeduid.
Vertalingen
1. klein deeltje
Gangbaarheid
- Het woord partikel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'partikel' herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.