opvulsel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·vul·sel
Woordherkomst en -opbouw
  • naamwoord van handeling opvullen met het achtervoegsel -el
enkelvoud meervoud
naamwoord opvulsel opvulsels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

opvulsel o [1]

  1. materiaal waarmee je iets vol kan maken zonder dat dit materiaal erg waardevol of belangrijk is vaak in figuurlijke zin gebruikt
    • Ik denk dat het vooral komt doordat in het deel over Wessel tamelijk veel ’opvulsel’ zit, zoals de al genoemde vergaderingen.[2] 
    • De bokspartijtjes in Arms zijn leuk en uitdagend, maar spelvarianten als volleybal en basketbal kunnen minder boeien. Ze voelen als opvulsel.[3] 
    • Sommige hespen in de Belgische supermarkten bevatten zoveel additieven en ‘opvulsel’ dat ze buiten de wettelijke definitie van gekookte ham vallen.[4] 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord opvulsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.