oppeuzelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oppeuzelen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɔpøzələ(n)/
Woordafbreking
  • op·peu·ze·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
oppeuzelen
peuzelde op
opgepeuzeld
zwak -d volledig

Werkwoord

oppeuzelen

  1. overgankelijk met genoegen opeten
    • Alle nootjes werden in een ommezien door de eekhoorntjes opgepeuzeld. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oppeuzelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.