ophitsing

• Geluid:  ophitsing    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈɔphɪtsɪŋ /

• op·hit·sing

• naamwoord van handeling ophitsen met het achtervoegsel -ing

ophitsing v [1]

1. het aanzetten tot (politieke) wraak en strijd

1. • Justitie in de regio vermoedt extreemrechtse invloeden en heeft een onderzoek gelast naar ophitsing en stemmingmakerij. De betrokken carnavalsvereniging, OCV Steinkirchen, ontkent dat er sprake is van opzet. [2] 

1. • Dat betekent dat beheerders van sociale netwerken sneller moeten ingrijpen als benadeelden aan de bel trekken. Ze worden verplicht binnen 24 uur na een klacht berichten met strafbare inhoud, laster of ophitsing te verwijderen. Op nalatigheid komen boetes te staan. Het voorstel stuitte eerder op felle kritiek vanwege de vrijheid van meningsuiting. [3] 

1. • Banksy ontwierp het volledige interieur, van de in Brits-koloniale stijl opgetrokken salon tot aan de menukaarten in het restaurant. Zijn schilderijen hangen in iedere kamer. In een klein inpandig museum wordt met voorwerpen en nagebouwde checkpoints het verhaal van de muur verteld. "We hebben veel research gedaan en presenteren alleen feiten. In dit hotel is geen plaats voor ophitsing tegen Israël. De andere kant heeft ook een verhaal", zegt Salsaa. [4] 

• opruiing, opstoking, aanzetting, aanvuring, aansporing, hetze, heksenjacht, haatcampagne

• Het woord ophitsing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ophitsing' herkend door: