oogje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oogje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈoxjə/
Woordafbreking
  • oog·je

Zelfstandig naamwoord

oogje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oog
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • oogjesgoed
Uitdrukkingen en gezegden
  • Een oogje hebben op iemand
Verliefd zijn op iemand
  • Een oogje in het zeil houden
iets in de gaten houden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oogje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.