ontwarren
Nederlands
Woordafbreking
- ont·war·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ontwarren |
ontwarde |
ontward |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
ontwarren [1]
- overgankelijk uit de war halen, uitzoeken, oplossen
- Hij wist de knoop pas na lang peuteren te ontwarren.
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
- ontwarbaar, ontwarring
Gangbaarheid
- Het woord ontwarren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ontwarren' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.