ontstijgen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ontĀ·stijĀ·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ontstijgen
ontsteeg
ontstegen
klasse 1 volledig

Werkwoord

ontstijgen

  1. overgankelijk iets overtreffen, meer of beter worden dan iets
    • De band weet niet de middelmaat te ontstijgen. 
  1. overgankelijk voorbij de grenzen van iets gaan
    • De kosten ontstegen ons budget. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ontstijgen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.