omarming
Nederlands
![](../I/m/Caption-_Farewell._(9293901595).jpg)
omarming
Woordafbreking
- om·ar·ming
Woordherkomst en -opbouw
afleiding van naamwoord van handeling omarmen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | omarming | omarmingen |
verkleinwoord | omarminkje | omarminkjes |
Zelfstandig naamwoord
omarming v [1]
- de daad van het omarmen
- het ergens mee eens zijn en het dan ook stimuleren
Gangbaarheid
- Het woord omarming staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'omarming' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.