noordoostelijk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • noord·oos·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen noordoostelijknoordoostelijkernoordoostelijkst
verbogen noordoostelijkenoordoostelijkerenoordoostelijkste
partitief noordoostelijksnoordoostelijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

noordoostelijk

  1. op het noordoosten betrekking hebbend
    • Ze moesten een noordoostelijke lijn volgen, daar op tweehonderd meter wat doorknippen, vervolgens naar de tweede rij prikkeldraad kruipen, een blik werpen en terugkeren met de woorden dat alles in orde was, omdat er nu eenmaal niets te zien was. [1] 

Gangbaarheid

  • Het woord noordoostelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Lemaitre, Pierre "Tot ziens daarboven" 2014 ISBN 9789401601931 pagina 14
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.