modulus
Nederlands
Woordafbreking
- mo·du·lus
Zelfstandig naamwoord
modulus m
- vaste maat als basis voor de verhouding van de onderdelen, bv. in de bouw
- gietvorm
- grootheid waarmee de logaritmen uit een stelsel vermenigvuldigd moeten worden, om de overeenkomstige logaritmen van een ander stelsel te krijgen
- doorsnede van munten en gedenkpenningen
Gangbaarheid
- Het woord modulus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'modulus' herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.