menigvoud

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·nig·voud
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen menigvoud
verbogen menigvoude

Bijvoeglijk naamwoord

menigvoud [1]

  1. veelsoortig, velerlei
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'menigvoud' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
67 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.