megastore

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·ga·sto·re
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘zeer groot warenhuis’ voor het eerst aangetroffen in 1999 [1]
  • afgeleid van store met het voorvoegsel mega- [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord megastore megastores
verkleinwoord megastoretje megastoretjes

Zelfstandig naamwoord

megastore v / m

  1. zeer groot warenhuis of hypermarkt

Gangbaarheid

  • Het woord megastore staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.