manifesteren
Nederlands
Woordafbreking
- ma·ni·fes·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘openbaren’ voor het eerst aangetroffen in 1451 [1]
- afgeleid van het Franse manifester (met het achtervoegsel -eren) [2] [3]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
manifesteren |
manifesteerde |
gemanifesteerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
manifesteren
- wederkerend zich ~ als waarneembaar worden
- De infectie manifesteert zich in eerste instantie door hoge koorts.
Vertalingen
waarneembaar worden
Gangbaarheid
- Het woord manifesteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'manifesteren' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.