lammetje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lammetje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɑməcə/
Woordafbreking
  • lam·me·tje
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Jiddisch, in de betekenis van ‘Bargoens: 30 stuivers’ voor het eerst aangetroffen in 1860 [1]
  • Herkomst: Bargoens [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord lammetje lammetjes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

lammetje o

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) dertig stuivers

Zelfstandig naamwoord

lammetje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lam

lammetje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lamme

Gangbaarheid

  • Het woord lammetje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.