koste
Nederlands
Woordafbreking
- kos·te
Zelfstandig naamwoord
koste
- datief van kost, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
Uitdrukkingen en gezegden
- ten koste van
Voorbeeld: Topman en commissarissen bij bedrijven houden elkaar de hand boven het hoofd, ook al gaat dit ten koste van het bedrijf [1]
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kosten |
koste
- aanvoegende wijs van kosten
- Hij wilde het koste wat het kost hebben.
Gangbaarheid
- Het woord 'koste' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'koste' herkend door:
78 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen. |
Deens
Woordafbreking
- kos·te
Naar frequentie | 3076 |
---|
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.