klaarleggen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klaar·leg·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
klaarleggen
legde klaar
klaargelegd
zwak -d volledig

Werkwoord

klaarleggen

  1. overgankelijk iets zo leggen dat het gereed is voor gebruik of het meenemen ervan
    • Ik had dat boek nog wel klaargelegd, maar toch vergeten. 

Gangbaarheid

  • Het woord klaarleggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.