joelfeest
Nederlands
Woordafbreking
- joel·feest
Woordherkomst en -opbouw
Samenstelling van feest en een niet als los woord in het Nederlands voorkomend deel waarvan de etymologie niet geheel zeker is; de meest waarschijnlijke verklaring is dat de betekenis hiervan "vrolijk", "feestelijk" is (in dat geval verwant met bijv. jolijt).[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | joelfeest | joelfeesten |
verkleinwoord | joelfeestje | joelfeestjes |
Zelfstandig naamwoord
joelfeest o
- (feest) Germaans feest, gevierd in de dagen rond de winterzonnewende
- De dag voor het joelfeest was grijs en stormachtig.[2]
Gangbaarheid
- Het woord joelfeest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'joelfeest' herkend door:
61 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- joelfeest op website: Etymologiebank.nl
- L. Hartsuyker,De legende van Swanhilde, 2017, p.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.