intrekken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·trek·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
intrekken
trok in
ingetrokken
klasse 3 volledig

Werkwoord

intrekken

  1. overgankelijk een eerdere toezegging of regeling ongedaan maken
    • Alle verlof werd ingetrokken. 
  1. overgankelijk naar binnen halen
    • Geschrokken trok de slak zijn voelhorentjes in. 

Gangbaarheid

  • Het woord intrekken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.