inslaan
Nederlands
Woordafbreking
- in·slaan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van in bw en slaan ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inslaan |
sloeg in |
ingeslagen |
klasse 6 | volledig |
Werkwoord
inslaan
- ergatief met grote snelheid met een stilstaand voorwerp in botsing komen
- De bom sloeg in in de achterkant van het huis.
- ditransitief iets ~ met een slag iets naar binnen toe doen verbuigen of breken
- De woeste krijger sloeg zijn tegenstander met een knots de hersens in.
- overgankelijk voorzien van benodigdheden
- Drank en hapjes inslaan voor een fuif.
- gaan in een gekozen richting
- Hij sloeg zonder ook maar eenmaal om te kijken de richting van de Blauwe Wierenzee in. [1]
- Hij bleef de ingeslagen weg volgen.
Gangbaarheid
- Het woord inslaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'inslaan' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.