inregenen
Nederlands
Woordafbreking
- in·re·ge·nen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van in bw en regenen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inregenen |
regende in |
ingeregend |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
inregenen [1]
- onpersoonlijk door lekkage bij regen nat worden
- Het had wat ingeregend bij de luifel van de tent, maar de schade veel mee.
Gangbaarheid
- Het woord inregenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'inregenen' herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.