inbranden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·bran·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inbranden
brandde in
ingebrand
zwak -d volledig

Werkwoord

inbranden

  1. ergatief beschadigd raken door te lange blootstelling aan hitte, straling of bijtende stoffen
    • De rotor was helemaal ingebrand. 
  1. ergatief beschadigd raken door het te lang vertonen van hetzelfde beeld
    • Die monitor brandt in, als je dat beeld er alsmaar op laat staan. 
  1. overgankelijk gebruiksklaar maken door blootstelling aan hitte, straling of bijtende stoffen
    • Deze wok moet nog ingebrand worden. 
  1. met een brandijzer merken
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord inbranden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.