in- en inslecht
Nederlands
Woordafbreking
- in-·en in-·slecht
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van slecht (bijvoeglijk naamwoord) met reduplicatie van in- (versterkend voorvoegsel)
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | in- en inslecht | - | - |
verbogen | in- en inslechte | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
in- en inslecht
- uiterst verwerpelijk, buitengewoon minderwaardig
- Je hoort toch: dat is een in- en inslecht mens; [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'in- en inslecht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Kuipers, W. Letterbak. Taalkwesties & Limburgs dialect. (1988) De Limburger, Maastricht; p. 73;geraadpleegd 2015-07-24
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.