hoofdstedelijk
Nederlands
Woordafbreking
- hoofd·ste·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | hoofdstedelijk | hoofdstedelijker | hoofdstedelijkst |
verbogen | hoofdstedelijke | hoofdstedelijkere | hoofdstedelijkste |
partitief | hoofdstedelijks | hoofdstedelijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
hoofdstedelijk
- (aardrijkskunde) van de hoofdstad
- Het hoofdstedelijk gebied is in België een eigen gewest.
Gangbaarheid
- Het woord hoofdstedelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hoofdstedelijk' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.