harkte op
Nederlands
Woordafbreking
- hark·te op
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opharken |
harkte op
- enkelvoud verleden tijd van opharken
- Ik harkte op.
- Jij harkte op.
- Hij, zij, het harkte op.
- Ik harkte op.
Gangbaarheid
- Het woord 'harkte op' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.