halfvier
Nederlands
Woordafbreking
- half·vier
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van half en vier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | halfvier | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
halfvier v / m
- een tijdstip op de klok halverwege drie en vier uur
Gangbaarheid
- Het woord halfvier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'halfvier' herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.