hak fijn
Nederlands
Woordafbreking
- hak fijn
Woordherkomst en -opbouw
- uit hak (werkwoord) en fijn (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
fijnhakken |
hak (…) fijn
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fijnhakken
- Ik hak fijn.
- gebiedende wijs van fijnhakken
- Hak fijn!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fijnhakken
- Hak je fijn?
Gangbaarheid
- Het woord hak fijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.